Hallo! Ik ben prof. Vector!!!Dus jullie hebben voor het vak Voorspellend Rekenen gekozen? Mooi zo!
Oké we gaan beginnen. Allemaal
jullie boek erbij pakken.
(Ik geef er even een voorbeeld bij)
Neem de eerste 3 cijfers van je
geboortejaar. (199) Schrijf die op.
Neem dan de maand (4) en de dag (10) waarop je jarig bent. Die tel je bij
elkaar op. (14) Doe het keer 3. Trek het getal dat je overhoudt af van de
3 cijfers van je geboortejaar. Over het getal dat je overhoudt staastaat hieronder
wat (en uitleg).
Hieronder staan uitkomsten. --> betekent hoger dan het getal dat ervoorstaat maar lager dan het volgende getal.
70 --> | Je krijgt later moeite met leren |
75 --> | Je gaat later emigreren |
80 --> | Je krijgt te horen dat je toverkracht bezit! |
85 --> | Je wordt later gemeen behandeld |
90 --> | Je vergeet vaak om het huiswerk te maken |
95 --> | Je wordt heel gelukkig |
100 --> | Iemand verpest je leven de hele tijd |
105 --> | Je wordt heel goed in een bekende sport (zwerkbal?) |
110 --> | Je krijgt later weinig vrienden |
115 --> | Je krijgt een cadeau dat je heel leuk vindt |
120 --> | Je wordt later beroemd |
125 --> | Je wordt later heel rijk |
130 --> | Je ouders gaan zich veel met je bemoeien |
135 --> | Je krijgt ruzie met iemand die je als vriend beschouwde |
140 --> | Je wordt binnen een jaar verliefd |
145 --> | Er zijn veel mensen die je niet herkennen |
150 --> | Je wordt heel handig met dreuzelvoorwerpen |
155 --> | Je huisdier gaat een bijzondere rol voor je spelen |
160 --> | Je hebt/krijgt een goede vriendschap met een uil |
170 --> | |